Op 4 november 2024 vond in Lamot Mechelen het inspiratiecongres ‘Een bouwsector zonder diesel: droom of realiteit?’ plaats. De organisatoren Sigma, Bera en Embuild Vlaanderen ontvingen ruim 170 bezoekers. Het werd een boeiende en leerrijke dag voor elke bouwprofessional die zich wil engageren om de ecologische voetafdruk te verkleinen.
Iedereen weet dat er steeds grotere klimatologische uitdagingen op ons af komen. En dat terwijl ook de bouwsector jaarlijks miljoenen tonnen CO2 uitstoot. Na een welkomstwoord van Caroline Deiteren, de nieuwe directeur-generaal van Embuild Vlaanderen, gevolgd door een introductie van Schepen Alexander Vandersmissen van Stad Mechelen, werd het thema vanuit verschillende invalshoeken belicht.
Minder transportbewegingen in de stad, logistieke hubs, stille leveringen … Om de Europese doelstellingen betreffende de vermindering van de CO2-uitstoot te halen, moet Vlaanderen tal van mobiliteitsvraagstukken herbekijken. Dat is de insteek van de ‘roadmap emissievrije stedelijke distributie in Vlaanderen’, waarmee Klaas Van Cauwenberg van het Departement MOW de spits afbeet.
“Vanaf 2025 zet de Vlaamse overheid grote stappen naar het weren van vervuilende vracht- en
bestelwagens uit de stad via ‘zero-emissiezones voor stadslogistiek’ (ZES). Daaraan voorafgaand was er maandenlang overleg tussen het Departement Mobiliteit & Openbare Werken en verschillende sectorfederaties waaronder Febetra, Comeos Vlaanderen, VVSG, enzovoort. Dit resulteerde in een kaderovereenkomst die door de verschillende partners werd ondertekend. Steden en gemeenten zijn niet verplicht om een zero-emissiezone in te voeren, maar als ze de stap zetten, moeten ze zich houden aan de afsprakennota, zodat er uniformiteit komt in heel Vlaanderen. Een niet onbelangrijk gegeven voor de bouwsector aangezien gradueel de meest vervuilende (bouw)voertuigen geweerd worden vanaf 2027.”
Fabrikanten breiden aan een hoog tempo hun gamma elektrisch aangedreven werktuigen uit. De keynotes van Andy Cnudde en Dries Van Hout van Sigma zijn dan ook aan dit thema gewijd. “De trend naar zero-emission is al een tijdje merkbaar bij hoogwerkers, schaarliften, overslagkranen en mobiele brekers of zeven. Op de voet gevolgd door het compacte materieel: van mini-gravers, over graafmachines op rupsen, tot tandemwalsen en mini-dumpers. Ook voor dit type materieel kende het aantal hybride of elektrische uitvoeringen een sterke groei. De hamvraag is natuurlijk: vertaalt zich dat in concrete bestellingen? Hoewel we onder de ‘early adopters’ veel tevreden geluiden horen, vormt het hogere prijskaartje toch nog vaak een struikelblok voor de eindklanten.”
Lichte bedrijfsvoertuigen zijn onmisbaar binnen de bouwsector. Waarom dus niet streven naar een zero-emissievloot? Steve Somers van Athlon woog de pro’s en contra’s af. “De markt van de bedrijfsvoertuigen is volop in beweging. Zowat bij alle merken zien we dat de e-LCV’s 1.0 plaatsmaken voor de 2.0-generatie. Het doel? ‘Electric driving’ een pak performanter maken: snellere en betere laadtechnologie, een groter rijbereik, zwaardere trekvermogens … De beste innovatie is er één die alle obstakels uit de weg ruimt, al zijn het laadvermogen en de hogere aankoopprijs een stuk moeilijker op te lossen. Daartegenover staat de stille motor en het aangename rijcomfort. En niet te vergeten: de ecologische voordelen. Het is namelijk al vijf voor twaalf, toch?! ′
Ook bij Volvo Trucks viel baanbrekend nieuws te rapen. De vrachtwagenfabrikant bouwt binnenkort in de Gentse vestiging een nieuwe e-truck met een bereik van 600 kilometer. “Het nieuwe vlaggenschip, de FH Aero Electric, zal een waardevolle aanvulling zijn op het huidige productportfolio van acht elektrische modellen. Van middelgrote tot zware elektrische vrachtwagens”, klinkt het bij Philippe Jacquemyns, head of productmanagement bij Volvo Trucks Belux. “Onder ‘schone’ technologieën vallen verder nog de nieuwe ontwikkelingen op het vlak van brandstofcelaandrijving, alsook verbrandingsmotoren die geschikt zijn voor biogas of HVO (gehydrogeneerde plantaardige olie). Met deze drie complementaire trajecten wil Volvo Trucks grote stappen zetten in het verlagen van de CO2-uitstoot, zoals voor leveringen aan bouwplaatsen. Zo leverde Volvo Trucks eind vorig jaar de allereerste 100% elektrische betonmixer aan Holcim België.“
Duurzaamheidsinspanningen lonen, vooral bij aanbestedingen of met het oog op de CSRD-rapportage die eraan komt. Maar hoe kan je aantonen dat je werkelijk inspanningen doet om je ecologische voetafdruk te verminderen? “Dat kan door het behalen van het internationaal erkende CO2-prestatieladder certificaat”, lichtte Silke Hoebeeck van BENOR toe. “Dit certificeringssysteem bestaat uit 5 tredes. Niveau 1 tot en met 3 betekent dat je je als organisatie inzet om de CO2-uitstoot binnen de eigen organisatie te reduceren. Bij niveau 4 en 5 wordt er ook gekeken naar de uitstoot in de hele keten. In België kan je bij Benor terecht voor praktisch advies en deskundige begeleiding.”
Het inspiratiecongres maakte zich klaar voor ‘le moment suprême’: drie boeiende sprekers die elk hun praktijkervaringen deelden. Ligt de adoptiesnelheid voor innovatieve ‘groene’ technologieën hoger bij de ‘groten’ onder de bouwbedrijven? We legden ons oor te luisteren …
AERTSSEN Group
“Onze duurzaamheidsinspanningen passen binnen de ambitie van het familiebedrijf om tegen 2050 klimaatneutraal te zijn”, steekt Alex De Broe duurzaamheidsmanager bij Aertssen van wal. “In lijn met onze duurzaamheidsstrategie werken we aan vier strategische pijlers en 15 concrete doelstellingen, waarbij we niet alleen onze eigen operaties verduurzamen, maar ook impact maken op de volledige ‘value chain’. Recent behaalden we niveau 5 van de CO2-prestatieladder, een mijlpaal waar we bijzonder trots op zijn!”
“Het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen en het gebruik van schonere energiebronnen vormen de kernprioriteiten”, gaat De Broe verder. “Dit doen we enerzijds door het vergroenen van het machinepark: van elektrische mini-graafmachines tot zware rupskranen, maar ook elektrische personenwagens en zelfs e-trucks, waarbij we zelfs eigen laadpalen voorzien. Anderzijds investeert het bedrijf fors in hernieuwbare energiebronnen, zoals de installatie van 5.500 zonnepanelen op het dak van onze kantoren. Opdat onze projectsites eveneens over de nodige elektriciteit zouden beschikken, zochten we een manier om het overschot aan geproduceerde zonne-energie op te slaan. Hiervoor ging Aertssen een unieke samenwerking aan met energiespecialist Zenobē rond mobiele batterij-units.”
DENYS
“Denys Engineers & Contractors is evenzeer trotse certificaathouder van de CO2-prestatieladder en doorloopt momenteel de stappen naar niveau 5”, zo is te horen bij Lander Fonck. “Ik hoef jullie niet uit te leggen dat een uitgebreide vloot aan machines veel energie verbruikt. Denken we aan kranen, generatoren en pompen. Een tweede bron van CO2-uitstoot is het eigen wagenpark. Daarom focussen wij op beide fronten. Een groot deel van het wagenpark is al elektrisch en dat cijfer zal de komende jaren alleen maar stijgen. Zo stellen we ons als doel om naar 50 % minder CO2-uitstoot te evolueren tegen 2030. Voor de rest van de vloot ligt de ambitie op een verdere daling van 21 %. Verder zijn we volop aan het uittesten hoe we ook ‘off grid’ met groene stroom kunnen werken.”
CORDEEL GROUP
“Ook Cordeel Group – het Belgische familiale bouwbedrijf dat verschillende dochterondernemingen onder haar vleugels heeft – pioniert met innovatieve duurzame concepten. Van bio-based materialen en circulaire bouwtechnieken tot doordacht energiegebruik, batterijoplossingen en pilootprojecten rond groene waterstof-elektrolysers en HVO100-biobrandstof voor bedrijfsvoertuigen”, vertelt Kevin van Hoe. “Wij brengen de expertise, uit de verschillende domeinen waarbinnen we actief zijn, samen om slimme, energiezuinige en emissieloze oplossingen te creëren. Zo gaat Cordeel Group bij alle projecten uit van de driestappenstrategie ‘Trias Energetica’, waarbij we het energieverbruik minimaliseren, het gebruik van hernieuwbare energiebronnen maximaliseren en waar we niet om fossiele brandstoffen heen kunnen, zetten we die zo efficiënt mogelijk in.”
We zetten als sector heel grote stappen vooruit, maar een werf zonder diesel blijft voorlopig nog een droom. Vincent Locquet van Locquet Power & Light gaf verder nog toelichtingen bij werfbatterijen en de mogelijke toepassingen ervan in de praktijk. Terwijl Matthijs Lamote van Buildwise opportuniteiten ziet in logistieke bouwhubs. Tot slot ging Bill Olivier van BERA dieper in op de rol die de verhuursector kan spelen in het energietransitieverhaal. Uitdagingen zijn er nog genoeg. De bouwsector roept dan ook netbeheerder Fluvius, alsook de regionale en federale overheid op om extra ondersteuning te voorzien. De inspirerende dag werd afgerond door Raf Bellers van Fluvius en Peter Lesage van VLAIO die de plannen en de mogelijkheden schetsten die er op vandaag zijn.